Vanaf 1 januari 2026 verandert de belastingregeling voor vzw’s en andere rechtspersonen die onder de rechtspersonenbelasting (RPB) vallen. Autokosten, die tot nu toe grotendeels onbelast waren, worden voortaan onderworpen aan een belastingtarief van 25%. Dit is onderdeel van de bredere vergroening van het wagenpark, waarbij fiscale regels voor vennootschappen nu ook voor vzw’s zullen gelden.
Wat houdt de nieuwe belasting in?
Vanaf 2026 worden kosten zoals afschrijvingen, leasing, brandstof, verzekeringen en onderhoud belast. Dit geldt voor personenwagens, dubbelgebruikvoertuigen, minibussen en lichte vrachtwagens die fiscaal als personenwagens worden gezien. De regel is van toepassing op voertuigen die vanaf 2026 worden aangeschaft, geleased of gehuurd, waarbij de datum van bestelling leidend is.
CO2-uitstoot als bepalende factor
Wagens met CO2-uitstoot worden direct volledig belast. Voor uitstootvrije voertuigen, zoals elektrische en waterstofauto’s, wordt de belasting stapsgewijs ingevoerd:
-
2027: 5%
-
2028: 10%
-
2029: 17,5%
-
2030: 25%
-
2031: 32,5%
Voertuigen zonder uitstoot die vóór eind 2026 worden aangeschaft, blijven vrijgesteld.
Welke kosten worden belast?
Alle autogerelateerde kosten, zoals leasing, brandstof, onderhoud, verzekeringen en verkeersbelasting, vallen onder de nieuwe regeling. Enkel financieringskosten, zoals rente op leningen, blijven onbelast.
Impact op administratie en boekhouding
Naast de belasting van 25% moeten vzw’s extra aandacht besteden aan voorafbetalingen om boetes te vermijden. Dit verhoogt de administratieve last en vereist een nauwkeurige boekhouding van het wagenpark.
